De Europese natuurherstelverordening of -wet is bedoeld om de aangetaste natuur in Europa te herstellen. Het Europees Parlement nam eerder de veelbesproken verordening aan, die na boerenprotesten in veel landen al sterk afgezwakt was. Maandag 17 juni jl. stemden ook de EU-milieuministers alsnog nipt in met de Natuurherstelwet. Oosterrijk heeft voor gestemd waardoor de blokkerende minderheid wegviel en er een gekwalificeerde meerderheid ontstond. Dit is een omstreden beslissing omdat de Oostenrijkse milieuminister dit zonder afstemming binnen Oosterrijk heeft gedaan.
Het kabinet onderschrijft de doelen van de Natuurherstelverordening, maar is echter zeer kritisch op onderdelen van de verordening, die verder gingen dan het kabinet wenselijk, uitvoerbaar en realistisch vond. Met name de lange termijndoelen voor 2040 en 2050 betekenen een forse opgave voor Nederland, gezien de huidige staat en neerwaartse trend van biodiversiteit in Nederland. Eerder heeft demissionair minister Christianne van der Wal aangegeven aan de Tweede Kamer dat het kabinet uitvoering geeft aan de aangenomen motie Van der Plas, Hertzberger, om in de EU minsterraad tegen de Natuurherstelverordening te stemmen. Nederland heeft dan ook tegen gestemd.
In een brief aan de Tweede Kamer heeft Van der Wal aangegeven dat in de ministerraad de Natuurherstelverordening besproken is op 17 juni jl. en heeft het Belgisch Voorzitterschap geconcludeerd dat er sprake is van een gekwalificeerde meerderheid die het politiek akkoord steunt en daarmee aangenomen is. Indien dit juridisch houdbaar blijkt zal Nederland twee jaar na inwerkingtreding een nationaal natuurherstelplan moeten indienen bij de Europese Commissie. Gezien de demissionaire status van Van der Wal laat ze de verdere uitvoering van de Natuurherstelverordening over aan het nieuwe kabinet.
